Sylvia Plath quotes | 43 quotes van Sylvia Plath

Ben je op zoek naar een Sylvia Plath quote? Dan ben je hier op het juiste adres. Wij verzamelen mooie citaten, wijze uitspraken en krachtige quotes van inspirerende mensen. En in dit artikel delen we dus de beste Sylvia Plath quotes. Veel leesplezier!

Sylvia Plath quotes

Hieronder heb ik een aantal mooie quotes van Sylvia Plath verzameld. Ze staan op willekeurige volgorde en ik deel steeds de originele Engelse quote en ook de Nederlandse vertaling. Dus hier komen ze, de mooiste Sylvia Plath quotes:

Yes, I was infatuated with you: I am still. No one has ever heightened such a keen capacity of physical sensation in me. I cut you out because I couldn’t stand being a passing fancy. Before I give my body, I must give my thoughts, my mind, my dreams. And you weren’t having any of those.

NL: Ja, ik was verliefd op je: ik ben nog steeds. Niemand heeft ooit zo’n scherp vermogen van fysieke sensatie in mij vergroot. Ik sneed je eruit omdat ik er niet tegen kon om een passie te zijn. Voordat ik mijn lichaam geef, moet ik mijn gedachten geven, mijn geest, mijn dromen. En die had je niet.

— Sylvia Plath, The Unabridged Journals of Sylvia Plath


I have never found anybody who could stand to accept the daily demonstrative love I feel in me, and give back as good as I give.

NL: Ik heb nog nooit iemand gevonden die de dagelijkse aanwijzende liefde die ik in me voel, kon accepteren en teruggeven zo goed als ik geef.

— Sylvia Plath, The Journals of Sylvia Plath


How we need another soul to cling to, another body to keep us warm. To rest and trust; to give your soul in confidence: I need this, I need someone to pour myself into.

NL: Hoe we een andere ziel nodig hebben om ons aan vast te klampen, een ander lichaam om ons warm te houden. Om te rusten en te vertrouwen; om je ziel in vertrouwen te geven: Ik heb dit nodig, Ik heb iemand nodig om mezelf in te storten.

— Sylvia Plath, The Unabridged Journals of Sylvia Plath


Living with him is like being told a perpetual story: his mind is the biggest, most imaginative I have ever met. I could live in its growing countries forever.

NL: Met hem leven is als een eeuwig verhaal vertellen: zijn geest is de grootste, meest fantasierijke die ik ooit heb ontmoet. Ik zou voor altijd in de groeiende landen kunnen leven.

— Sylvia Plath, The Unabridged Journals of Sylvia Plath


What a man wants is a mate and what a woman wants is infinite security,’ and, ‘What a man is is an arrow into the future and a what a woman is is the place the arrow shoots off from.

NL: Wat een man wil is een partner en wat een vrouw wil is oneindige veiligheid, en, wat een man is een pijl in de toekomst en een wat een vrouw is de plaats waar de pijl afschiet.

— Sylvia Plath, The Bell Jar


I can never read all the books I want; I can never be all the people I want and live all the lives I want. I can never train myself in all the skills I want. And why do I want? I want to live and feel all the shades, tones and variations of mental and physical experience possible in my life. And I am horribly limited.

NL: Ik kan nooit alle boeken lezen die ik wil; ik kan nooit de mensen zijn die ik wil en alle levens die ik wil leiden. Ik kan mezelf nooit trainen in alle vaardigheden die ik wil. En waarom wil ik dat? Ik wil leven en voelen alle tinten, tonen en variaties van mentale en fysieke ervaring mogelijk in mijn leven. En ik ben vreselijk beperkt.

— Sylvia Plath, The Unabridged Journals of Sylvia Plath


Remember, remember, this is now, and now, and now. Live it, feel it, cling to it. I want to become acutely aware of all I’ve taken for granted.

NL: Onthoud, dit is nu, en nu, en nu. Leef het, voel het, klamp je eraan vast. Ik wil scherp bewust worden van alles wat ik vanzelfsprekend vond.

— Sylvia Plath


I wonder why I don’t go to bed and go to sleep. But then it would be tomorrow, so I decide that no matter how tired, no matter how incoherent I am, I can skip on hour more of sleep and live.

NL: Ik vraag me af waarom ik niet naar bed ga en ga slapen. Maar dan zou het morgen zijn, dus ik beslis dat hoe moe ik ook ben, hoe onsamenhangend ik ook ben, ik kan urenlang meer slapen en leven.

— Sylvia Plath, The Unabridged Journals of Sylvia Plath


But when it came right down to it, the skin of my wrist looked so white and defensless that I couldn’t do it. It was as if what I wanted to kill wasn’t in that skin or the thin blue pulse that jumped under my thumb, but somewhere else, deeper, more secret, and a whole lot harder to get.

NL: Maar toen het zover kwam, zag de huid van mijn pols er zo wit en weerloos uit dat ik het niet kon. Het was alsof wat ik wilde doden niet in die huid zat of de dunne blauwe pols die onder mijn duim sprong, maar ergens anders, dieper, meer geheim, en een stuk moeilijker te krijgen.

— Sylvia Plath, The Bell Jar


So much working, reading, thinking, living to do! A lifetime is not long enough.

NL: Zoveel werken, lezen, denken, leven om te doen! Een leven is niet lang genoeg.

— Sylvia Plath, The Unabridged Journals of Sylvia Plath


Oh, something is there, waiting for me. Perhaps someday the revelation will burst in upon me and I will see the other side of this monumental grotesque joke. And then I’ll laugh. And then I’ll know what life is.

NL: Er staat iets op me te wachten. Misschien komt de openbaring ooit binnen en zie ik de andere kant van deze monumentale groteske grap. En dan zal ik lachen. En dan weet ik wat het leven is.

— Sylvia Plath, The Unabridged Journals of Sylvia Plath


Life was not to be sitting in hot amorphic leisure in my backyard idly writing or not writing, as the spirit moved me. It was, instead, running madly, in a crowded schedule, in a squirrel cage of busy people. Working, living, dancing, dreaming, talking, kissing- singing, laughing, learning.

NL: Het leven was niet om in hete amorfe vrije tijd te zitten in mijn achtertuin idly schrijven of niet schrijven, zoals de geest me bewoog. Het was, in plaats daarvan, gek, in een druk schema, in een eekhoornkooi van drukke mensen. Werken, leven, dansen, dromen, praten, kussen… zingen, lachen, leren.

— Sylvia Plath


I saw the years of my life spaced along a road in the form of telephone poles threaded together by wires. I counted one, two, three… nineteen telephone poles, and then the wires dangled into space, and try as I would, I couldn’t see a single pole beyond the nineteenth.

NL: Ik zag de jaren van mijn leven over een weg gaan in de vorm van telefoonpalen die door draden met elkaar zijn verbonden. Ik telde een, twee, drie… negentien telefoonpalen, en toen bungelden de draden in de ruimte, en probeer zoals ik zou willen, ik kon geen enkele paal voorbij de negentiende zien.

— Sylvia Plath, The Bell Jar


I have stitched life into me like a rare organ

NL: Ik heb het leven in me gestikt als een zeldzaam orgaan.

— Sylvia Plath


Hurl yourself at goals above your head and bear the lacerations that come when you slip and make a fool of yourself. Try always, as long as you have breath in your body, to take the hard way–and work, work, work to build yourself into a rich, continually evolving entity.

NL: Schuif jezelf naar doelen boven je hoofd en draag de snijwonden die komen als je uitglijdt en maak een dwaas van jezelf. Probeer altijd, zolang je adem hebt in je lichaam, om de harde manier te nemen en te werken, werken, werken om jezelf op te bouwen in een rijke, voortdurend evoluerende entiteit.

— Sylvia Plath


There is nothing like puking with somebody to make you into old friends.

NL: Er gaat niets boven kotsen met iemand om je in oude vrienden te veranderen.

— Sylvia Plath, The Bell Jar


I felt my lungs inflate with the onrush of scenery—air, mountains, trees, people. I thought, “This is what it is to be happy.

NL: Ik voelde mijn longen opblazen met de onrush van het landschap, de lucht, bergen, bomen, mensen. Ik dacht: “Dit is wat het is om gelukkig te zijn.

— Sylvia Plath, The Bell Jar


Is anyone anywhere happy?

NL: Is er iemand gelukkig?

— Sylvia Plath, The Unabridged Journals of Sylvia Plath


I may never be happy, but tonight I am content.

NL: Ik ben misschien nooit gelukkig, maar vanavond ben ik tevreden.

— Sylvia Plath, The Unabridged Journals of Sylvia Plath


How can I tell Bob that my happiness streams from having wrenched a piece out of my life, a piece of hurt and beauty, and transformed it to typewritten words on paper? How can he know I am justifying my life, my keen emotions, my feeling, by turning it into print?

NL: Hoe kan ik Bob vertellen dat mijn geluk stroomt uit het verscheuren van een stuk uit mijn leven, een stuk pijn en schoonheid, en transformeerde het in getypte woorden op papier? Hoe kan hij weten dat ik mijn leven legitimeer, mijn emoties, mijn gevoel, door het in drukte te veranderen?

— Sylvia Plath, The Unabridged Journals of Sylvia Plath


Dying is an art.Like everything else,I do it exceptionally well.I do it so it feels like hell.I do it so it feels real.I guess you could say I have a call.

NL: Sterven is een kunst.Net als al het andere, doe ik het uitzonderlijk goed.Ik doe het zodat het voelt als een hel.Ik doe het zodat het echt voelt.Ik denk dat je kunt zeggen dat ik een telefoontje heb.

— Sylvia Plath, Ariel


Death must be so beautiful. To lie in the soft brown earth, with the grasses waving above one’s head, and listen to silence. To have no yesterday, and no tomorrow. To forget time, to forgive life, to be at peace.

NL: De dood moet zo mooi zijn. Om te liggen in de zachte bruine aarde, met de grassen zwaaien boven een hoofd, en luisteren naar stilte. Om gisteren niet te hebben, en morgen niet. Om tijd te vergeten, om het leven te vergeven, om in vrede te zijn.

— Sylvia Plath, The Bell Jar


I told him I believed in hell, and that certain people, like me, had to live in hell before they died, to make up for missing out on it after death, since they didn’t believe in life after death, and what each person believed happened to him when he died.

NL: Ik vertelde hem dat ik geloofde in de hel, en dat bepaalde mensen, zoals ik, in de hel moesten leven voordat ze stierven, om het goed te maken dat ze het missen na de dood, omdat ze niet geloofden in het leven na de dood, en wat elke persoon geloofde dat er met hem gebeurde toen hij stierf.

— Sylvia Plath, The Bell Jar


The thought that I might kill myself formed in my mind coolly as a tree or a flower.

NL: De gedachte dat ik mezelf zou kunnen doden… gevormd in mijn hoofd koel als een boom of een bloem.

— Sylvia Plath


I’ll never speak to God again.

NL: Ik zal nooit meer met God spreken.

— Sylvia Plath


The trouble about jumping was that if you didn’t pick the right number of storeys, you might still be alive when you hit bottom.

NL: Het probleem met springen was dat als je niet het juiste aantal verdiepingen kiest, je misschien nog leeft als je de bodem raakt.

— Sylvia Plath, The Bell Jar


What I fear most, I think, is the death of the imagination.

NL: Wat ik het meest vrees, denk ik, is de dood van de verbeelding.

— Sylvia Plath


I didn’t want any flowers, I only wantedTo lie with my hands turned up and be utterly empty.How free it is, you have no idea how free——The peacefulness is so big it dazes you,And it asks nothing, a name tag, a few trinkets.It is what the dead close on, finally; I imagine them Shutting their mouths on it, like a Communion tablet.

NL: Ik wilde geen bloemen willen, ik wilde alleen maar met mijn handen liggen en helemaal leeg zijn.Hoe vrij het is, je hebt geen idee hoe vrij de vredigheid zo groot is dat het je verblindt, en het vraagt niets, een naamkaartje, een paar snuisterijen.Het is wat de doden dichtbij zijn, eindelijk; ik stel me voor dat ze hun mond erover houden, als een Communie tablet.

— Sylvia Plath, The Collected Poems


The night sky is only a sort of carbon paper,Blueblack, with the much-poked periods of starsLetting in the light, peephole after peephole— A bonewhite light, like death, behind all things.

NL: De nachthemel is slechts een soort carbonpapier, Blauwzwart, met de veelgepokte perioden van sterrenLaten in het licht, kijkgat na kijkgat… Een botwit licht, zoals de dood, achter alle dingen.

— Sylvia Plath, The Collected Poems


Not easy to state the change you made.If I’m alive now, I was dead,Though, like a stone, unbothered by it.

NL: Niet gemakkelijk om de verandering die je gemaakt.Als ik nu in leven, Ik was dood, Hoewel, als een steen, ongemoeid door het.

— Sylvia Plath, The Collected Poems


My flesh winced, in cowardice, from such a death.

NL: Mijn vlees bewoog, in lafheid, van zo’n dood.

— Sylvia Plath, The Bell Jar


I lean to you, numb as a fossil. Tell me I’m here.

NL: Ik leun naar je toe, gevoelloos als een fossiel. Zeg me dat ik hier ben.

— Sylvia Plath, The Collected Poems


I am terrified by this dark thingThat sleeps in me;All day I feel its soft, feathery turnings, its malignity.

NL: Ik ben doodsbang voor dit duistere ding dat in me slaapt; de hele dag voel ik zijn zachte, gevederde bochten, zijn kwaadaardigheid.

— Sylvia Plath, Ariel


Is it the sea you hear in me,Its dissatisfactions?Or the voice of nothing, that was you madness?

NL: Is het de zee die gij in mij hoort, Zijn onvredeenheid?Of de stem van niets, dat was gij waanzin?

— Sylvia Plath, Ariel


The blood jet is poetryThere is no stopping it.

NL: De bloedstraal is poëzie.

— Sylvia Plath, Ariel


O love, how did you get here?–Nick and the Candlestick

NL: O liefje, hoe ben je hier gekomen?–Nick en de Candlestick

— Sylvia Plath, Plath: Poems


Stars open among the lilies.Are you not blinded by such expressionless sirens?This is the silence of astounded souls.

NL: Sterren open tussen de lelies.Ben je niet verblind door zulke uitdrukkingloze sirenes?Dit is de stilte van verbaasde zielen.

— Sylvia Plath, Crossing the Water


Writing, then, was a substitute for myself: if you don’t love me, love my writing & love me for my writing. It is also much more: a way of ordering and reordering the chaos of experience.

NL: Schrijven was een vervanging voor mezelf: als je niet van me houdt, hou van mijn schrijven en hou van me voor mijn schrijven. Het is ook veel meer: een manier om de chaos van de ervaring te ordenen en te herschikken.

— Sylvia Plath, The Unabridged Journals of Sylvia Plath


I am inhabited by a cry. Nightly it flaps outLooking, with its hooks, for something to love.

NL: Ik word bewoond door een kreet. Nachtelijk flapt het eruit Looking, met zijn haken, voor iets om te houden.

— Sylvia Plath, Ariel


I am solitary as grass. What is it I miss?Shall I ever find it, whatever it is?

NL: Ik ben eenzaam als gras. Wat is het dat ik mis?Zal ik het ooit vinden, wat het ook is?

— Sylvia Plath


But writing poems and letters doesn’t seem to do much good.

NL: Maar het schrijven van gedichten en brieven lijkt niet veel goeds te doen.

— Sylvia Plath, The Unabridged Journals of Sylvia Plath


Love is a shadow. How you lie and cry after it

NL: Liefde is een schaduw. Hoe je erachter liegt en huilt

— Sylvia Plath, Ariel


The moon is no door. It is a face in its own right,White as a knuckle and terribly upset.It drags the sea after it like a dark crime; it is quietWith the O-gape of complete despair. I live here.

NL: De maan is geen deur. Het is een gezicht op zichzelf, wit als een knokkel en vreselijk overstuur.Het sleept de zee na het als een donkere misdaad; het is rustigMet de O-gape van volledige wanhoop. Ik woon hier.

— Sylvia Plath, Ariel