Charlotte Brontë quotes | 33 quotes van Charlotte Brontë

Ben je op zoek naar een Charlotte Brontë quote? Dan ben je hier op het juiste adres. Wij verzamelen mooie citaten, wijze uitspraken en krachtige quotes van inspirerende mensen. En in dit artikel delen we dus de beste Charlotte Brontë quotes. Veel leesplezier!

Charlotte Brontë quotes

Hieronder heb ik een aantal mooie quotes van Charlotte Brontë verzameld. Ze staan op willekeurige volgorde en ik deel steeds de originele Engelse quote en ook de Nederlandse vertaling. Dus hier komen ze, de mooiste Charlotte Brontë quotes:

I would always rather be happy than dignified.

NL: Ik ben liever gelukkig dan waardig.

— Charlotte Brontë, Jane Eyre


I am not an angel,’ I asserted; ‘and I will not be one till I die: I will be myself. Mr. Rochester, you must neither expect nor exact anything celestial of me – for you will not get it, any more than I shall get it of you: which I do not at all anticipate.

NL: Ik ben geen engel,” zei ik, “en ik zal er niet één zijn totdat ik sterf; ik zal mezelf zijn.” Meneer Rochester, u mag niets hemels van mij verwachten of precies zeggen – want u zult het niet krijgen, net zo min als ik het van u zal krijgen – wat ik helemaal niet verwacht.

— Charlotte Brontë, Jane Eyre


Do you think, because I am poor, obscure, plain and little, I am soulless and heartless? You think wrong! – I have as much soul as you, – and full as much heart! And if God had gifted me with some beauty and much wealth, I should have made it as hard for you to leave me, as it is now for me to leave you!

NL: Denk je, omdat ik arm, obscuur, gewoon en klein ben, dat ik zielloos en harteloos ben? Je denkt verkeerd! Ik heb net zoveel ziel als jij, en vol hart! En als God mij wat schoonheid en veel rijkdom had geschonken, had ik het voor jou net zo moeilijk moeten maken om mij te verlaten, zoals het nu voor mij is om jou te verlaten!

— Charlotte Brontë, Jane Eyre


Every atom of your flesh is as dear to me as my own: in pain and sickness it would still be dear.

NL: Elk atoom van uw vlees is mij even dierbaar als het mijne; in pijn en ziekte zou het nog steeds geliefd zijn.

— Charlotte Brontë, Jane Eyre


I had not intended to love him; the reader knows I had wrought hard to extirpate from my soul the germs of love there detected; and now, at the first renewed view of him, they spontaneously revived, great and strong! He made me love him without looking at me.

NL: Ik had niet de bedoeling hem lief te hebben; de lezer weet dat ik hard had gewerkt om uit mijn ziel de kiemen van liefde daar ontdekt; en nu, bij het eerste hernieuwde zicht op hem, ze spontaan tot leven te wekken, groot en sterk! Hij liet me van hem houden zonder naar mij te kijken.

— Charlotte Brontë, Jane Eyre


All my heart is yours, sir: it belongs to you; and with you it would remain, were fate to exile the rest of me from your presence forever.

NL: Heel mijn hart is van u, meneer: het behoort u toe; en bij u zou het blijven, als het lot de rest van mij voor altijd van uw aanwezigheid zou verbannen.

— Charlotte Brontë, Jane Eyre


Gentle reader, may you never feel what I then felt! May your eyes never shed such stormy, scalding, heart-wrung tears as poured from mine. May you never appeal to Heaven in prayers so hopeless and so agised as in that hour left my lips: for never may you, like me, dread to be the instrument of evil to what you wholly love.

NL: Voorzichtige lezer, mag je nooit voelen wat ik toen voelde! Mogen jouw ogen nooit zulke stormachtige, brandende, hartverscheurende tranen uit de mijne werpen. Moge je nooit een beroep doen op de Hemel in gebeden die zo hopeloos en zo opgewonden zijn als in dat uur mijn lippen verlieten; want nooit mag je, net als ik, bang zijn om het instrument van het kwaad te zijn voor wat je geheel liefhebt.

— Charlotte Brontë, Jane Eyre


I have little left in myself — I must have you. The world may laugh — may call me absurd, selfish — but it does not signify. My very soul demands you: it will be satisfied, or it will take deadly vengeance on its frame.

NL: Ik heb weinig over in mezelf – ik moet je hebben. De wereld mag dan lachen — mag me absurd, egoïstisch noemen — maar het betekent niets. Mijn ziel eist u: het zal tevreden zijn, of het zal dodelijke wraak nemen op zijn lijst.

— Charlotte Brontë, Jane Eyre


It does good to no woman to be flattered [by a man] who does not intend to marry her; and it is madness in all women to let a secret love kindle within them, which, if unreturned and unknown, must devour the life that feeds it; and, if discovered and responded to, must lead, ignis-fatuus-like, into miry wilds whence there is no extrication.

NL: Het doet geen vrouw goed om [door een man] gevleid te worden die niet van plan is om met haar te trouwen; en het is waanzin in alle vrouwen om een geheime liefde in hen te laten ontbranden, die, als ze niet terugkeert en onbekend is, het leven moet verslinden dat het voedt; en als ontdekt en beantwoord wordt, moet ze, ignis-fatuus-achtig, leiden tot miry wilds waar vandaan geen uitbarsting is.

— Charlotte Brontë, Jane Eyre


I know what it is to live entirely for and with what I love best on earth. I hold myself supremely blest — blest beyond what language can express because I am my husband’s life as fully as he is mine.

NL: Ik weet wat het is om volledig te leven voor en met wat ik het beste op aarde liefheb. Ik houd mezelf op het hoogste niveau — bloedt verder dan wat taal kan uitdrukken omdat ik het leven van mijn man ben zo volledig als hij van mij is.

— Charlotte Brontë, Jane Eyre


I knew, you would do me good, in some way, at some time;- I saw it in your eyes when I first beheld you: their expression and smile did not- (again he stopped)- did not (he proceeded hastily) strike delight to my very inmost heart so for nothing.

NL: Ik wist dat je me op een of andere manier goed zou doen;– Ik zag het in je ogen toen ik je voor het eerst zag: hun uitdrukking en glimlach niet – (alweer stopte hij) – sloeg (hij ging haastig) vreugde in mijn diepste hart, dus voor niets.

— Charlotte Brontë, Jane Eyre


Even for me life had its gleams of sunshine.

NL: Zelfs voor mij had het leven zijn glans van zonneschijn.

— Charlotte Brontë, Jane Eyre


Conventionality is not morality. Self-righteousness is not religion. To attack the first is not to assail the last.

NL: Conventionaliteit is geen moraal. Zelfingenomenheid is geen religie. Om de eerste aan te vallen is niet om de laatste aan te vallen.

— Charlotte Brontë, Jane Eyre


Life is so constructed that an event does not, cannot, will not, match the expectation.

NL: Het leven is zo opgebouwd dat een gebeurtenis niet, niet, niet zal voldoen aan de verwachting.

— Charlotte Brontë, Villette


God surely did not create us, and cause us to live, with the sole end of wishing always to die. I believe, in my heart, we were intended to prize life and enjoy it, so long as we retain it. Existence never was originally meant to be that useless, blank, pale, slow-trailing thing it often becomes to many, and is becoming to me, among the rest.

NL: G

— Charlotte Brontë, Shirley


[O]ur honeymoon will shine our life long: its beams will only fade over your grave or mine.

NL: Onze huwelijksreis zal ons leven lang schitteren: de balken zullen alleen maar vervagen over jouw graf of het mijne.

— Charlotte Brontë, Jane Eyre


Jane, be still; don’t struggle so like a wild, frantic bird, that is rending its own plumage in its desperation.””I am no bird; and no net ensnares me; I am a free human being, with an independent will; which I now exert to leave you.

NL: Jane, wees stil; worstel niet zo als een wilde, woeste vogel, die zijn eigen veren in zijn wanhoop verscheurt.”Ik ben geen vogel, en geen net verstrikt mij; ik ben een vrij mens, met een onafhankelijke wil, die ik nu probeer te verlaten.

— Charlotte Brontë, Jane Eyre


But life is a battle: may we all be enabled to fight it well!

NL: Maar het leven is een strijd: mogen we allemaal in staat worden gesteld om het goed te bestrijden!

— Charlotte Brontë, The Letters of Charlotte Brontë


I try to avoid looking forward or backward, and try to keep looking upward.

NL: Ik probeer vooruit of achteruit te kijken, en probeer omhoog te blijven kijken.

— Charlotte Brontë


The negation of severe suffering was the nearest approach to happiness I expected to know. Besides, I seemed to hold two lives – the life of thought, and that of reality.

NL: De ontkenning van ernstig lijden was de dichtstbijzijnde benadering van geluk die ik verwachtte te kennen. Trouwens, ik leek twee levens te houden – het leven van het denken, en dat van de realiteit.

— Charlotte Brontë, Villette


I see you and St. John have been quarrelling, Jane,’ said Diana, ‘during your walk on the moor. But go after him; he is now lingering in the passage expecting you – he will make it up.’I have not much pride under such circumstances: I would always rather be happy than dignified; and I ran after him – he stood at the foot of the stairs.

NL: Ik zie dat jij en St. John ruzie hadden, Jane,’ zei Diana, ’tijdens uw wandeling op de heide. Maar ga achter hem aan; hij blijft nu hangen in de passage die u verwacht – hij zal het goedmaken.’Ik heb niet veel trots onder zulke omstandigheden: Ik zou altijd liever gelukkig zijn dan waardig; en ik rende achter hem aan – hij stond aan de voet van de trap.

— Charlotte Brontë, Jane Eyre


Happiness is the cure—a cheerful mind the preventive: cultivate both.

NL: Geluk is de remedie een vrolijke geest de preventieve: cultiveer beide.

— Charlotte Brontë, Villette


And it is you, spirit–with will and energy, and virtue and purity–that I want, not alone with your brittle frame.

NL: En jij bent het, geest – met wil en energie, en deugd en zuiverheid – die ik wil, niet alleen met jouw broze kader.

— Charlotte Brontë, Jane Eyre


I knew you would do me good in some way, at some time–I saw it in your eyes when I first beheld you.

NL: Ik wist dat je me goed zou doen op een of andere manier, op een bepaald moment – ik zag het in je ogen toen ik je voor het eerst zag.

— Charlotte Brontë


~Do you like him much?~I told you I like him a little. Where is the use of caring for him so very much? He is full of faults.~Is he?~All boys are.~More than girls?~Very likely. Wise people say it is folly to think anyboy perfect, and as to likes and diskiles, we should be friendly to all, and worship none.

NL: – Ik zei toch dat ik hem een beetje leuk vind. Waar is het nut om zoveel voor hem te zorgen? Hij zit vol fouten. ~Is hij? ~ Alle jongens zijn. ~Meer dan meisjes? ~ Zeer waarschijnlijk. Wijze mensen zeggen dat het dwaas is om elke jongen perfect te denken, en wat betreft liefhebbers en dissiles, moeten we vriendelijk zijn voor iedereen, en aanbidden geen.

— Charlotte Brontë, Villette


I wait, with some impatience in my pulse, but no doubt in my breast.

NL: Ik wacht, met wat ongeduld in mijn pols, maar zonder twijfel in mijn borst.

— Charlotte Brontë, Villette


You, sir, are the most phantom-like of all; you are a mere dream

NL: U, meneer, bent de meest fantoomachtige van allemaal; u bent slechts een droom

— Charlotte Brontë, Jane Eyre


…[M]y inner self moved; my spirit shook its always-fettered wings half loose. I had a sudden feeling as if I, who never yet truly lived, were at last about to taste life.

NL: … [M] Mijn innerlijke zelf bewoog; mijn geest schudde zijn altijd gebonden vleugels half los. Ik had opeens het gevoel dat ik, die nog nooit echt leefde, eindelijk het leven ging proeven.

— Charlotte Brontë, Villette


For once a hope was realized. I held in my hand a morsel of real solid joy: not a dream, not an image of the brain, not one of those shadowy chances imagination pictures, and on which humanity starves but cannot live

NL: Voor een keer werd een hoop gerealiseerd. Ik hield in mijn hand een mossel van echte solide vreugde: geen droom, geen beeld van het brein, niet een van die schaduwrijke kansen verbeelding foto’s, en waarop de mensheid verhongert, maar niet kan leven

— Charlotte Brontë, Villette


Renewed hope followed renewed effort: It shone like the former for some weeks, then, like it, faded, flickered: Not a line, not a word reached me. When half a year wasted in vain expectancy, my hope died out, and then I felt dark indeed.

NL: Vernieuwde hoop volgde hernieuwde inspanning: Het scheen een paar weken zoals het eerste, toen, als het, vervaagde, flikkeerde: Geen lijn, geen woord bereikte me. Toen een half jaar verspilde aan ijdelheid, stierf mijn hoop, en toen voelde ik me inderdaad donker.

— Charlotte Brontë, Jane Eyre


God waits only the separation of spirit from flesh to crown us with a full reward. Why, then, should we ever sink overwhelmed with distress, when life is so soon over, and death is so certain an entrance to happiness — to glory?

NL: God wacht alleen de scheiding van geest van vlees om ons te kronen met een volledige beloning. Waarom zouden we dan ooit overweldigd door ellende zinken, als het leven zo snel voorbij is, en de dood zo zeker een ingang is tot geluk — naar glorie?

— Charlotte Brontë, Jane Eyre


Why, then, should we ever sink overwhelmed with distress, when life is so soon over, and death is so certain an entrance to happiness – to glory?

NL: Waarom zouden we dan ooit overweldigd door ellende zinken, als het leven zo snel voorbij is, en de dood zo zeker is van een ingang tot geluk en glorie?

— Charlotte Brontë, Jane Eyre


Prejudices, it is well known, are most difficult to eradicate from the heart whose soil has never been loosened or fertilised by education: they grow there, firm as weeds among stones.

NL: Vooroordeelen, het is bekend, zijn het moeilijkst uit te roeien uit het hart wiens grond nooit is losgelaten of bevrucht door onderwijs: ze groeien daar, stevig als onkruid tussen stenen.

— Charlotte Brontë, Jane Eyre